Bij Narabi krijgen de spelers aan het begin van de ronde 3-4 kaarten, waarop ofwel een blanco staat, ofwel een getal van 0 tot 9.

Elke kaart is in een hoesje gestoken, en op de rugzijde van het hoesje staat een voorwaarde die uitlegt hoe deze kaart met een andere kaart kan worden verwisseld: verwisselen met een witte kaart, een kaart met een even nummer, een kaart met een hoger nummer, enzovoort. In deze uitvoering worden steenkaarten en voorwaardekaarten automatisch aan elkaar gekoppeld.

Je kunt naar alle voorwaarden kijken op de kaarten die voor je liggen, maar je kunt niet aan anderen meedelen wat die voorwaarden zijn. Je kunt de volgorde van de kaarten die voor je liggen niet veranderen.

In een beurt moet een speler een van zijn kaarten (de voorwaarde van die kaart volgende) omruilen met een kaart van een andere speler, daarna noteert iemand die zet op een tabel. Blanco's worden beschouwd als een 0 en als een even nummer voor het doeleinde van ruilen.

Als een van je kaarten is geruild, kun je kijken naar de voorwaarde van de kaart die je hebt ontvangen. Je kunt zetten voorstellen of vragen stellen aan de anderen en ze kunnen antwoorden met 'ja' of 'nee' zolang ze maar niet de voorwaarde op een van hun kaarten prijsgeven.

Als je alle getallen in oplopende volgorde (zonder spaties) met de klok mee of tegen de klok in plaatst voordat je de 25e zet moet doen, win je allemaal samen het spel.

In de Geavanceerde modus van het spel mag je helemaal niet spreken en kun je de wissel van een speler niet ongedaan maken tijdens je volgende beurt.